Vrijdag 31 mei

Week drie van onze vakantie gaat in! Wat is het heerlijk dat we nog zoveel tijd over hebben om op ontdekkingstocht te gaan, we voelen ons echte bofkonten. Na afscheid genomen te hebben van Marcel en Astrid gaan we ieder onze eigen weg.

Voor ons een 2e wandeling door het natuurpark Rio Formosa, deze keer ten westen van Faro, maar eerst nog een karweitje van huishoudelijke aard. We parkeren op een groot terrein net naast het vliegveld. Vliegtuigspotters zijn hier treffend uitgebeeld op een rotonde. Bulderende, aan- en afvliegende blauwe en oranje "vogels" scheren vlak over onze hoofden ✈️. Jammer voor dit prachtige natuurgebied!! Een gedeelte van de Ludo Trail gaan we verkennen. Eerst over houten vlonders richting het bos. Lekker lopen in de schaduw en we zien allerlei onbekende planten en bomen. Van daar wandelen we naar een uitkijkpunt van flamingo's en ja hoor, ze zijn druk aan het foerageren. Iets verder liggen de zoutpannen waar zout gewonnen wordt. Een hele berg ligt er al om opgehaald te worden. Aan de overkant zie we weer wat vogels in het water, kluten, lepelaars (van links naar rechts met zijn snavel door het water om voedsel eruit te filteren) en scholen vissen. Helaas zoeken we tevergeefs naar schildpadden. Net zoals de slang en kameleon: onvindbaar vandaag! Na 10 km zijn we weer terug bij de parkeerplek. Het grappige is dat we neef en nicht hier terugzien, ze hadden hetzelfde idee als wij, alleen pakten zij de fiets.

Inmiddels is het weer 33⁰C. Snel op zoek naar een schaduwplek. Helaas er is er in het volgende dorp niets te vinden dan brandende zon. Geen optie! We slaan ons volgende doel over en vinden onder de bomen bij het Estádio Algarve in Almancil precies de plek die we zoeken: rust, ruimte, schaduw. Hier houden we het wel even uit. 🌳🌲🌳Lekker een paar uurtjes lezen. Tegen de tijd dat de zon onder gaat staan we nog steeds alleen. We besluiten een stukje verder te rijden tot in Boliqueime. Hier kunnen we bij de Lidl staan. Perfecte plek tot morgenvroeg.

Zaterdag 1 juni

Vanochtend rijden we al voor het ontbijt naar de kust om een plekje voor de camper te kunnen bemachtigen. Rond half negen moeten we nog een kilometer of zo over een zandpad met grind en grote kuilen en dan komen we aan op een groot grasveld met achterin een paar campers, wat een mooie plek! Na het ontbijt gaan we een klifwandeling maken bij Vilamoura, vanaf Praia dos Tomates langs het Praia da Falésia, bovenlangs heen en over het strand terug. Het belooft vandaag niet meer zo heet te worden, max 25 ⁰C, lekker. De kliffen zijn spectaculair met grote kloven en uithollingen en hebben mooie rode en witte tinten (vooral met de zonnebrillen op). Het pad vertakt zich regelmatig en voegt zich dan verderop weer bijeen. Verdwalen kunnen we dus niet en we kunnen kiezen uit dichter bij de rand of verder weg. Dichtbij is het spannend waar de rand overhelt en dus instabiel kan zijn. We genieten volop en na bijna 3km gaan we naar beneden om de kliffen van onderuit te bekijken. Ook mooi, maar minder bijzonder. Je ziet nu wel goed hoe hoog ze zijn: 20 tot ruim 40m. Het strandzand loopt zwaar zo dicht bij de kliffen, dus lopen we langs de vloedlijn verder om te eindigen bij de trap waar onze route begon. Terug bij de camper nog een kletspraatje met een Fransman die goed Engels spreekt en dan de zee in. Ruige golven maken het zwemmen moeilijk, maar wel leuk om in te spelen.

Tijd om naar Silves te rijden. Eerst weer even hotsen en knotsen over de zandweg, daarna alleen nog oppassen voor putdeksels en drempels. Hopen dat straks alles nog in de kastjes ligt.
In Silves zijn camperplaatsen met douches en ook wasmachines. De eerste die we bezoeken bestaat niet meer. Op de tweede, Parques Do Rio Silves, komen we na een telefoontje wél voorbij de slagboom. De beheerder is vriendelijk en praat goed Engels.
Voor vandaag zit het erop, het verkennen van Silves schuiven we door naar morgen.

Zondag 2 juni

Vannacht eindelijk weer eens lekker geslapen. Geen muggenjacht in het holst van de nacht, geen ronkende motoren en geen feestmuziek. Gewoon rust en stilte, perfect!

Vanmorgen eerst maar eens de wasmachine gebruiken, vanaf 9 uur kan dat. De beheerder komt dan de deur van het washok openen, het staat op de deur.
Helaas, rond die tijd zien we niemand verschijnen. Dan maar bellen, want we hebben niet heel de dag tijd. Eindelijk om 10.05 uur komt er iemand opdagen. Het Zuid-Europese ritme van werken en leven zijn we nog lang niet gewoon.

Zodra de machine draait wandelen we naar het kasteel, dat wordt beschouwd als een van de belangrijkste en mooiste islamitische vestingwerken van Portugal en de grootste van de Algarve. Onderweg zien we een kolonie ooievaars nestelen op een muur. Heel dicht bij elkaar en allemaal hebben ze drie of vier jongen. Gezellige boel daar!

 

De vesting die de Romeinen op het hoogste punt van de stad hadden gebouwd, werd door de Moorse verovering in 716 geheel veranderd.
Het werd versterkt met een nieuwe ommuring met 11 torens en is opgetrokken uit rode zandsteen. Hij werd zwaar beschadigd door de aardbeving van 1755 .
Twee cisternen, de Moorse (Moura) en de Honden (Cães) vinden we terug. Cisternen zijn ondergrondse of afgedekte opslagplaatsen van regenwater. Vooral hier in het zuiden waar weinig regen valt is schoon hemelwater tot het gebruikt gaat worden heel belangrijk.

Over deze twee bronnen bestaan twee legendes. Over de Moorse cisterne (Cisterna da Moura), die de bevolking van Silves tot in de jaren negentig van water voorzag, zegt de legende dat in de nachten van Sint Jan een Moorse prinses haar dood beweent, ronddwalend in een zilveren boot met gouden roeispanen, wachtend op een prins die de magische woorden voor haar onttovering uitspreekt.

In de cisterne van de honden (Cisterna dos Cães) zouden schattenjagers de honden te water hebben gelaten om de grote schatten op te halen die de moslims in de ondergrondse gewelven van het kasteel hadden achtergelaten, maar de honden keerden nooit terug.

We bekijken de gerestaureerde Moorse cisterne van binnen en zijn verbaasd over de grootte. Deze kan 300.000 liter water bevatten! Beetje vreemd, maar de geschiedenis van de lynx wordt hier uitgebreid belicht.
Verder zijn er opgravingen gedaan.
Bij de ingang van het kasteel staat een standbeeld ter ere van de Portugese koning Sancho I, die in 1189 Silves voor het eerst op de moslims veroverde.

 

De (gesloten) kathedraal bekijken we weer eens alleen aan de buitenkant. De oude brug over de rivier de Arade, waarvan men dacht dat de Romeinen hem gebouwd hadden, blijkt waarschijnlijk toch uit de 14e eeuw te stammen. Nog steeds erg oud dus, vinden wij, maar niet Romeins.

Bij de camper hangen we de was op. Deze droogt in een mum van tijd. Met 27⁰C en windkracht 4, ligt alles binnen 1 uur schoon en fris in de kastjes en vertrekken wij richting Lagos.

We willen met de fiets een rondje door Lagos rijden, een aantal dingen bekijken en zo mogelijk nog even naar het strand. Maar dat valt me toch tegen. Het is hier bomvol met toeristen en ook de eigen inwoners zijn op pad, het is zondag. Veelal richting strand of op terrasjes en van allebei hebben ze er hier meer dan genoeg van.

Ten tweede is het hier gruwelijk steil. Meer dan 10% stijging en veel trappen met een looppad ernaast. Ik loop meer met de fiets aan de hand dan dat ik erop zit 😓. Toch zien we nog een aantal interessante dingen. De parochiekerk Santa Maria is open. Een prachtig strandje met hoog oprijzende rotsen en flinke golven en een standbeeld van Hendrik de Zeevaarder (15e eeuw). O.a door zijn ontdekkingsreizen werd Lagos een belangrijk scheepvaartcentrum. Bij terugkomst staan er 6,4 km op de teller.

Net buiten Lagos vinden we een P4N, #484894. Heel rustig en met een prachtig uitzicht. Daar ga ik maar eens een poosje van zitten genieten.
We eten vanavond Mediterraans: sardientjes uit deze streek met zwarte olijven. Lekker!

Maandag 3 juni

De zuidwestelijke punt (punten eigenlijk) van Portugal. Die gaan we vandaag verkennen. De start is bij het zeefort in Sagres. Van hieruit vertrokken olv Hendrik de Zeevaarder de Portugese ontdekkingsreizen en hier richtte hij ook de zeevaartschool op.
De landtong heeft hoog opgaande kliffen waar de golven met veel geweld op beuken, een mooi gezicht.
Bovenop groeit en bloeit van alles, o a. wilde wortel en zeevenkel en ook de ijsbloemen tieren hier welig (in feite horen die laatste hier niet, ze komen uit Australië en overwoekeren de inheemse planten, ze zijn wel mooi en langs de hele Mediterrane kust te vinden).

De verdediging, tegen o.a. de Engelsman Francis Drake, bestond uit een langgerekt fort dat de landtong aan het begin afschermde en verderop richting de zee op diverse plaatsen batterijen kanonnen om schepen onder vuur te kunnen nemen.
De landtong zelf bestaat uit kalksteen, dat door verwering uitgehold wordt. Grote grotten zijn hierdoor zichtbaar en sommige zelfs hoorbaar.
Terug bij het fort is in één van de lelijke nieuwe gebouwen een tentoonstelling over de ontdekkingsreizen, de heilige Sâo Vicente en ook nog een klein gedeelte over de slavenhandel. Ook in het Engels beschreven gelukkig, want ons Portugees is nog steeds niet best.

Bij de camper de inwendige mens versterken en dan door naar Cabo de São Vicente, ruim 6 km verder, we hebben de kaap en de vuurtoren al gezien vanaf het fort.
Het is druk bij de kaap, met auto's, toeristen, maar ook met eet- en souvenirskraampjes. We zouden hier lekker warme truien kunnen kopen (geen idee wie dat zou willen😂) en ook "de laatste braadworst voor Amerika" is hier te koop. De vuurtoren is gesloten, maar een Canadees echtpaar staat wel open voor een praatje.
Even rondkijken en weer verder.

Nog 1 toren te gaan, Torre de Aspa, 18km richting het noorden, waarvan de laatste 3 onverhard. De eerste anderhalve km zijn goed te rijden, maar dan neemt de grootte van de keien en de kuilen toe en nemen we die andere wagen (benenwagen). Als het niet zo hard zou waaien, wat het de hele dag al doet, zou het een lekker wandelingetje zijn.
Waarom de toren er staat weten we niet zeker, maar hij markeert het hoogte punt van de kust van Algarve, 156m, en van hieruit is er een prachtige 360⁰ uitzicht.

Nog even naar de beoogde camperplaats rijden, onderweg een ijsje scoren in Vila do Bispo en tegen half 6 staan we in Bordeira, langs de kant van de weg.
Na het eten maken we nog een rondje door het dorp. Een dorp van vooral wit-met-blauwe huisjes, een kerk en een paar cantinho's. Ook hier zien we veel verschillende, mooie schoorstenen op de daken. De straten passen bij de huisjes: op de hoofdweg kan met moeite een auto rijden en door de smallere steegjes kunnen we alleen achter elkaar doorlopen. De bewoners lijken vooral buiten te leven, de cantinho zit vol en we zien meerdere mensen bij de voordeur of op hun patio. Heel gezellig.
Wij gaan nog gezellig samen afwassen en een Sangria drinken🍹.

Dinsdag 4 juni

Bordeira, het klinkt me wat vreemd in mijn oren als ik het hardop uitspreek😬. We slapen uit vanmorgen en besluiten daarna een 7,3 km lange wandeling te maken. De hond van de Belgische camperdames die vlak voor ons staan, komt op bezoek voor wat aandacht en ploft maar meteen midden voor onze uitstap neer.

Het is een "groene" wandeling die we lopen. De bomen op de hellingen staan vol in blad/naalden en de onderbegroeiing is gevarieerd. We zien gombomen met afbladderende schors en hele oude kurkeiken, allemaal hebben ze nummers. Het gaat over het laatste jaar dat de kurk eraf gehaald is. Minimaal negen jaar moet er tussen de oogsten in zitten. Boswerkers zijn aan het werken en onze "Bom Dia"-groet wordt zoals altijd beantwoord 👌, vriendelijke mensen hier. Een schommel hangt midden in de natuur, stukje ontspanning tijdens de wandeling? Ook de eucalyptus, tamarisk boom en glazuurrozen (met mooie bloemen) bloeien hier volop. Netjes opgezocht op de app "plantnet", want zo groot is onze kennis nu ook weer niet😉. Vlinders dartelen om ons heen, kortom een heerlijke wandeling. Beetje bewolkt (23⁰C) en een windje. Het kan niet beter! We treffen nog een prachtig getekende slak aan met een heel slijm spoor achter zich. Ook passeren we een oude bron, waarvan het water bij een beschrijving uit de 17e eeuw "dik en vies" werd genoemd. Toch dronk het hele dorp ervan, er was niets anders! Nu zitten er drie dikke padden in, de waterkwaliteit zal wel verbeterd zijn. Dat het beloofde meertje onvindbaar is, vinden wij niet erg. Opgedroogd lijkt het meeste voor de hand te liggen! De wandelschoenen hebben inmiddels een onbestendige kleur gekregen. Schoonmaken en dan verder rijden op weg naar het noorden.

We belanden uiteindelijk in Figueira dos Cavaleiros (#307066). Alleen voor de mooie naam zou je hier al heen rijden. De camperplek stelt minder voor. Ruimte genoeg voor 10 campers, tegenover een speeltuintje. Mochten we nog energie over hebben vanavond......

Woensdag 5 juni

Steencirkels, menhirs, dolmen en nog meer préhistorie, dat hopen we allemaal te gaan zien vandaag op de megalietenroute. We hopen vandaag 5 van de ca 150 megalieten die deze omgeving rijk is te gaan bekijken. We rijden erheen over de N2, de Portugese Route 66, een smalle weg met her en der grote gaten en bulten die het noorden en het zuiden van Portugal met elkaar verbindt. Elk dorp dat we op de route passeren laat zien trots te zijn deel uit te maken van deze route. Net ten noorden van Valverde rijden we onder een aquaduct door bij het klooster Bom Jesus en meteen daarna vinden we het zandpad naar de dolmen (hunebed) Anta Grande do Zambujeiro. Een ongeveer 4 m hoog bouwwerk van 5500 jaar oud. Een paar grote dekplaten liggen naast de dolmen, die ter bescherming overkapt is. Verder is het bijna intact, prachtig om te zien, gelijktijdig gebouwd met de Egyptische pyramides en het Engelse Stonehenge.

We rijden door naar een menhir en een steencirkel: de Menir en de Cromeleque dos Almendres.
In Almendres blijkt een informatiecentrum te zijn, waar we leren over de megalieten en het proces van de kurkwinning, maar ook over de hier levende flora en fauna. Per dag worden in Portugal 40 miljoen kurken gemaakt, ongelofelijk! Bij het bord over de dieren treffen we het dier dat gisteravond voor de camper de weg overstak: een lang beest, laag op de poten met een lange, smalle staart die eindigde in een donkere pluim. Het blijkt een mangoest te zijn geweest, een Egyptische om precies te zijn.

De megalieten liggen hier wat verder van de verharde weg af, de menhir 2km en de steencirkel 4km. Het is bijna 32⁰C, heet dus. Lopen is geen optie, dan maar fietsen. Combinatie van klimmen, kuilen en keien zoveel mogelijk ontwijken en rustig doorfietsen. Vooral in deze warmte erg blij met de ondersteuning. Na precies 2 km zien we een afslag naar de menhir. We moeten toch gaan lopen, anders komen we er niet. Na een paar honderd meter komen we bij de steen aan. Op een klein veldje, in gezelschap van wat olijfbomen en een slapende kat, staat hij daar te staan. Een kolos van ongeveer 4m hoog. Imposant.

Terug naar de fietsen voor de volgende 2 km en dan zijn we bij de steencirkel (7500 jaar oud, meer dan 100 menhirs, ontdekt in de jaren 1960). De cirkel ligt op een helling die erg erosiegevoelig is. We moeten hem daarom vanachter een hek bekijken. Wel jammer dat we de paar stenen met inscripties bijna niet kunnen herkennen. Verder is het wel erg mooi en ook hier weer: wat een moeite moeten de mensen hiervoor toen hebben gedaan.

Jammer dat de moderne mens (nog) niet de moeite heeft gedaan een goede oplossing te vinden voor het goed kunnen bekijken en kunnen bereiken van het monument.
De terugweg gaat vooral heuvelafwaarts. Niet veel trappen dus, maar vooral weer ontwijken van stenen en kuilen.

Een lange rust is nodig om van de hitte bij te komen en dan gaat de route nog verder naar Sâo Brissos voor de Dolmenkapel (een dolmen ingericht en verbouwd tot een kapel) en naar de grot met rotstekeningen bij Escoural. Beide gelukkig goed met de camper te bereiken en beide jammer genoeg gesloten. We eten op de parkeerplaats van de grot: rust, schaduw en een mooi uitzicht.

Daarna het laatste stukje rijden naar Evora, waar we op de Parque de Autocaravanas nog een leeg plekje kunnen bemachtigen.

Maak jouw eigen website met JouwWeb