Spanje

Drie jaar geleden hebben we het zuiden van Spanje opgezocht. Deze keer blijven we in het Noordwesten. Hopelijk niet al te warm en er staat weer een mooi programma te wachten. Ook deze keer weer vier weken, het lijkt heel lang maar de aanrijroute via Frankrijk is ook een heel eind.

Donderdag 18 augustus

Vandaag is het weer aanpoten om alles in de camper te krijgen. Het lukt gelukkig wel weer en na nog een uurtje slapen gaat onze vakantie beginnen. Afscheid nemen en 4 weken vrijheid liggen voor ons. Vanaf 22 uur worden de eerste kilometers afgelegd. Om 0.20 uur arriveren we in Rekem waar we één van de de laatste plaatsjes innemen. Tijd om te gaan slapen.

Vrijdag 19 augustus

Vanmorgen rustig wakker worden en ontbijten. Altijd weer eventjes wennen in de krappe ruimte van een camper. Een uurtje later, om kwart over negen, rijden we weer. De eerste reisdag.
In Givet hebben we onze lunch stop. Het ligt aan de Maas, net over de Belgisch-Franse grens. Stadje bekijken en benen strekken, mooie combi. Givet behoorde aan het einde van de Middeleeuwen tot het Prinsbisdom Luik. Keizer Karel V liet boven de Maas het fort Charlemont bouwen (niet te bezichtigen). Smalle straatjes, een versterkte kerk en de toren Gregory (11e eeuw) zijn de bezienswaardigheden. Het informatiegidsje "100 mooie detours in Frankrijk" ligt hier gratis in de winkels, een leuk hebbedingetje.

Na nog een etensstop en koffie komen we om 20.30 uur aan op de camperplek in Nogent-sur-Seine, net naast de camping. Matig weer vandaag, veel bewolking en eenmaal hier valt er wat regen. De temperatuur is prima, zo'n 25 graden. Een kijkje tussen de bomen levert een koeltoren van een kerncentrale op, we zullen er vast wel goed om slapen. Het is ook de 1e keer dat we ons avondeten buiten opeten, houden we dat nog 29 dagen vol?

Zaterdag 20 augustus

Om 7 uur gaat de wekker en een uur later starten we de auto, mooie routine hebben we er al in zitten. We passeren de graanschuur van Frankrijk, oneindige velden tot aan de horizon. Montargis, het Venetië van de streek Gâtinais daarentegen ligt prachtig. Een mooie plek om het Circuit des Ponts te lopen. In de stad komen drie kanalen bij elkaar en dus.....heel veel bruggen. Bij elkaar zijn het er maar liefst 127! Geen wonder dat er een vergelijking wordt gemaakt met het echte Venetië. Ze zijn allemaal prachtig versierd met plantenbakken met uitbundig bloeiende planten. In het water drijven er bloemeneilandjes, wat een gaaf idee. Toeristenbootjes zie je hier met regelmaat. Ze passeren de vele sluisjes, dus geduld hebben is een schone zaak. De sluisjes overbruggen een maximaal hoogteverschil van 4,80 meter. Grappig zijn de "nepvensters" die op een aantal woningen zijn geschilderd, soms zo echt dat je twee keer moet kijken of er een dame voor het raam staat (of niet). De Église Sainte-Madeleine de Montargis is een kerk, met drie beuken en zijkapellen, die werd gebouwd tussen de twaalfde eeuw en de tijd van de renaissance. Ze werd gerestaureerd in 1863 en heeft indrukwekkende glas-in-lood ramen. Op één van de kades staat het bronzen beeld van een Chinese leraar, Mr. Master genoemd. Zijn hele leven heeft hij in dienst gesteld om les te geven. Rond de jaren 1910 kwamen er veel jonge Chinezen hier om te studeren en te werken. Op een andere kade staan gigantische potten met oleanders, bijna zo groot als bomen. Heel sfeervol!

En dan liggen er nog zo'n tweehonderd kilometers op ons te wachten. Een kleine wandeling die we nog voor ogen hebben gaat niet door. Op de overvolle parkeerplaats is geen plekje meer bemachtigen, jammer.
Het is vandaag een mooie dag, redelijk veel zon en weer 25 graden. Voor de tweede dag op rij eten we buiten op de cp van Meuzac.

Zondag 21 augustus

Een gebakken eitje als ontbijt gaat er wel in vanmorgen. Daarna de wandelschoenen aan om via de gele tekens vadertje bever te volgen, een wandeling van ruim acht kilometer. Rondom twee meren en wat verderop een mooi Romaans Kerkje. Het Kasteel van Arnac-Pompadour was ooit eigendom van Mme Pompadour, de maitresse van Lodewijk XV. Het werd gebouwd in de 15e eeuw. Helaas heeft het te kampen gehad met veel branden en is alleen de zuidelijke vleugel overgebleven. Een andere reden waarom deze plaats beroemd is, is de stoeterij. Het heeft zelfs de naam "stad van het paard" gekregen. Veel paardenshows en -evenementen ongeveer 160 dagen per jaar. Ook nu zien we jockeys met renpaarden op het terrein racen.
Het is een leuke tocht.

In de middag gaan we op weg naar de grotten van Lascaux. Het rijden gaat voorspoedig, zo zelfs dat er nog tijd is om eerst te eten.
De grot is een exacte kopie van een bijna 20.000 jaar oude grot en we werden er rondgeleid door een echte "Alo-Alo" Fransman: nauwelijks te verstaan dus 😂.
De grotten van Lascaux liggen in de vallei van de Vézère (Dordogne) In 1940 werden in een grot een groot aantal rotswandschilderingen ontdekt. Deskundigen dateren de oudste rotsschilderingen uit deze Grot van Lascaux op 15.000 v.Chr, de jongste op 10.000 v.Chr. Het is de rijkst beschilderde prehistorische grot die tot nu toe is ontdekt. Drie jongeren, waaronder Marcel Ravidat, hebben deze grot bij toeval ontdekt. Er was een dennenboom omgewaaid en eronder werd een gat blootgelegd, dus gingen ze op onderzoek uit. Ze vonden een ruimte van twintig bij acht en zeven meter hoog met op de wanden afbeeldingen in rode, gele, bruine en zwarte kleuren. De schilderingen hebben vooral dieren als onderwerp: bizons, herten, neushoorns, runderen, paarden, rendieren en stieren.
Al snel kwamen er heel veel bezoekers op af. Helaas brachten ze schimmels en bacteriën mee. De grot werd bedreigd! Helaas, in 1963 werd de grot gesloten, de tekeningen waren toen al onherstelbaar vervaagd.
In de onmiddellijke nabijheid is echter een replica (Lascaux II) gemaakt die wél voor het publiek toegankelijk is. Deze replica is beter geschikt voor de ontvangst van veel bezoekers (250.000 per jaar) en aangepast voor gehandicapten. De bouw startte in 1972 op 200 meter van de originele grot en was in 1984 gereed. We zien face-to-face stieren, met ertussen een kudde rendieren en een rood paard. Maar ook een liggende koe (hoofd geschilderd, rest m.n. in reliëf van de grot), een zwarte springende stier en een kudde kleinere pony’s. Een man met vogelgezicht en 4-vingerige handen ligt op de grond en lijkt aangevallen te worden door een stier. Dit is de enige afbeelding van een mens in de grot.

Daarna rijden we terug naar de camperplaats in Montignac (met stroom) en kunnen nog lekker buiten zitten. Helaas, vergeten er een foto van te maken.

Maandag 22 augustus

Vanmorgen voor de eerste keer vers stokbrood gehaald en dat smaakte heerlijk!
Gisteravond begon de waterpomp ineens herrie te maken, dat belooft niet veel goeds. Vandaag maar eens uitkijken naar een camperdealer, benieuwd of we er eentje kunnen vinden. Het is een erg warme dag (ca 32 graden) dus besluiten we een zwemwatertje op te zoeken. Terwijl we rijden zien we een meertje liggen met heel veel zwemmers. Daar kunnen we vast nog wel bij. Parkeerplaats zoeken en de rest van de middag zwemmen en zonnen. Richard geniet uiteindelijk een stukje minder, de warmte speelt hem parten.
Evelien zorgt voor een heerlijke salade met pasta en makreel en daarna is het tijd om een camperplaats te zoeken.

Die vinden we in eerste instantie in Tartas. Het is wel een erg afgelegen plek waar we alleen staan. Tot laat in de avond genieten we van vele krekels die tjirpen. Het klinkt bijna als een zomeravond concert, schitterend! Hier hebben we ook een unieke kans om de sterrenhemel te bekijken. Wat zijn het er veel. Zo zien we het thuis eigenlijk nooit. Daarna rijden we terug naar het dorp om te overnachten, het is ons hier te afgelegen. We voelen ons er allebei niet erg happy mee.

Dinsdag 23 augustus

Zeven uur gaat de wekker en na nog een stokbroodje ingeslagen te hebben rijden we terug naar de plek van gisteravond om daar te ontbijten. Het grappige is dat het lang niet zo afgelegen ligt als dat we eerst dachten.
Dan op weg naar Spanje, het eerste doel wordt Zugarramurdi. Het is een mooie weg, we zien palmen en bloeiende bomen en voor we het weten passeren we de Spaanse grens. Mooie omgeving en een heerlijke zonnetje, wat willen we nog meer.

In Zugarramurdi vinden we grotten die ook wel bekend staan als La Cueva de las Brujas, Heksengrot dus. Een bijzondere bezienswaardigheid in Navarra. Het is maar een klein dorpje van iets meer dan 200 inwoners en allemaal witte huizen. Hier loopt de mooie beek, de Olabidea, in het Baskisch "Infernuko erreka" genaamd.
Betekenis: “ontspringt in de hel”.
De grootste grot is 120 meter lang en staat in een dicht bos. Eind 17e eeuw zou het een ontmoetingsplaats van heksen zijn geweest. Ten tijde van de inquisitie werden er 300 vrouwen opgepakt en van hekserij beschuldigd. Velen werden er gemarteld en geëxecuteerd om zo Navarra te bevrijden van de zwarte magie.
Op een bord bij de ingang van de grot staan de namen vermeld van de hier vandaan komende veroordeelden.
Er hangt inderdaad een aparte, magische sfeer op deze plek. We kunnen ons goed voorstellen dat hier heidense bijeenkomsten waren, waar vrouwen en mannen dansten rond vreugdevuren en feestmalen aten bij maanlicht.
Elk jaar op 18 augustus wordt hier het patroonsfeest gevierd, waar aan meer dan 800 mensen lam van het spit wordt aangeboden.

Door de verdeling van het land in twee staten, met grenzen en douanes werd er een nieuw beroep geboren: smokkelen of het nachtwerken. Allerlei zaken van koffie tot machines, schapen en zelfs mensen wordt hier overgezet. Er zouden zelfs afspraken gemaakt zijn tussen politie en smokkelaars. Indien ze betrapt werden en hun waar achterlieten, werd er niet op hen geschoten. En zeg nu zelf, dit gebied is perfect voor smokkelen: het is groot, heeft veel bossen en paden en kleine grotten om in te verstoppen!

We rijden verder naar Oronoz om een wandeling in het Parque Natural de Senorìo de Beritz te maken.
Het parkeerterrein is bij het Palacio de Bertiz. Het is inmiddels zo'n 37 graden en we besluiten om nog wat te wachten, wat is het warm. Na 16 uur trekken we de schoenen toch maar aan en duiken het bos in. Hier is het best lekker lopen met deze hitte en dat voelt fijn. We hebben nog zo'n 6,5 km voor de boeg.
Eerst zien we resten van de carbonera. Vroeger verzamelden de inwoners van het dorp hier hout en en brandden het in zulke constructies tot houtskool. Veel eiken- en kastanjebomen staan hier, sommige zijn zelfs meer dan een eeuw oud. De laatste landheer (Pedro Ciga) verbood het verbranden om zo het bos te sparen en ook het kappen van bomen en rapen van eikels.
In het laagste deel van de vallei staan veel essen en elzen en op het einde van het pad ligt de Suspiro-waterval. Wat verderop staat een eeuwenoude bankje met een drinkwaterbron. Goed kijken want hij is bijna verdwenen onder al het mos en onkruid.
De botanische tuin bij het begin van het pad hebben we vanwege de hitte niet meer bezocht. Bijna 2,5 uur later zijn we weer terug.

Errenteria wordt onze camperplek voor vannacht en dat is zo'n 55 km verderop.
We nemen een heerlijke verfrissende douche en eten wat.
Helaas zijn we laat in de avond genoodzaakt door te rijden naar San Sebastian, omdat er op het terrein teveel vuur is, in alle mogelijke betekenissen van het woord. In San Sebastian is wel een rustige plek op de parkeerplaats van het voetbalstadion.

Woensdag 24 augustus

Vannacht erg onrustig geslapen door laat aankomende camperaars die niet konden besluiten waar ze zouden gaan staan en dus maar rondjes gingen rijden. Vanmorgen reizen we langs de kust verder, maar het is niet een erg rustige tocht. De kust blijkt erg vol te zijn: met flats en met mensen. Het voetbalstadion van Real Sociedad (Estadio Anoeta) ligt vlak aan de weg. Koffiedrinken gebeurt in Getaria, het is hier wat rustiger en er is ook een strand. Net voor Lekeitio is een parkeerplek waar je naar het water kunt afdalen. Veel getijdenpoeltjes met het nodige leven erin en heel veel krabbetjes op de rotsen. Vanaf hier zie je een mooie kustlijn, maar ook een stukje van de flysch, een reeks rotsformaties die de geschiedenis van 60 miljoen jaar van onze planeet laten zien.

Een stukje van de kust af ligt Kortezubi en het El Bosque Pintado de Oma, onderdeel van het natuurgebied Reserva de la Biosfera de Urdaibai. Een wandeling van nog zo'n 3 kilometer voordat we dit bos van Oma kunnen bekijken. De uit Vizcaya afkomstige kunstenaar Augustin Ibarrola schilderde tussen 1982 en 1985 honderden bomen in het bos en creëerde zo een kunstwerk. Zo'n 500 dennen zijn beschilderd en daarnaast zijn er in het park zo'n 45 kunstwerken. Als je op bepaalde posities gaat staan zie je verschillende geometrische menselijke en dierlijke vormen ontstaan. Heel verrassend!
Rond 8 uur zijn we terug bij de camper, deze plek is ook een cp dus lekker makkelijk vanavond.
Het was ondanks de drukte langs de kust toch een mooie dag. De warmte is hier iets minder (ca 31 ⁰C) en in de avond is het heerlijk rustig.

Maak jouw eigen website met JouwWeb