Heusden (NB), Halder (NB) en Neerijnen (GD), weekend

Eén week later gaat de camper weer mee. Deze keer gaan we ook een familiebezoekje afleggen, want er moeten een paar klusjes geklaard worden. Daarnaast willen we wandelen.

Onze reis in één oogopslag

Vrijdag 26 februari

Na de middag vertrekken we en tegen drie uur arriveren we in het 17e-eeuwse vestingsstadje Heusden. Het stadje is ontstaan rond 1200 in de schaduw van de burcht die de heer van Heusden liet bouwen net ten zuiden van de Maas. Machtige buren waren er op uit dit stadje aan hun eigen grond aan toe te voegen vanwege strategische ligging aan het water en vanwege de tol, die hier voldaan moest worden door de schippers. In 1357 kwam het in handen van een Hollandse graaf en bleef het een Hollandse Stad tot 1815. Daarna werd het bij Noord Brabant gevoegd. Sinds de middeleeuwen is het stratenpatroon nagenoeg ongewijzigd gebleven. We zijn heel benieuwd hoe het er nu uitziet. We starten bij de Wijksche Poort (stadspoort) en de Sint Catarinakerk, die een achtkantige toren heeft. Hiermee wordt verwezen naar de vroegere kasteeltoren die ook achtkantig was. Deze kasteeltoren had de naam de "dikke Brabander". In 1680 is het raak. De Dikke Brabander vliegt in brand en 60.000 pond opgeslagen munitie komt tot ontploffing. Er is niets meer over van het kasteel. Na de oorlog wordt er een deel opgebouwd met moderne materialen. We lopen langs de vestingwerken, de bastions en de ravelijnen. Wat een werk is dat eind 16e eeuw geweest om het uit te breiden en te verstevigen. Zware machines waar we nu gebruik van kunnen maken waren er toen immers niet.  Er staan nog verschillende kanonnen op de bastions en ook het kunstwerk "het delen van de tijd". Boven op de Evangelisch-Lutherse kerk staat een zwaan: het symbool van de Lutherse kerk.

We zien doorgangen in de hoofdwal (belangrijke onderdelen van de vestingwerken), waardoor je aan de andere kant in de lager gelegen berm en ravelijn komt. Er is een mooie, kleine stadshaven, ooit in 1900 gedempt, maar gelukkig in 1968 weer hersteld. We lopen door de Veerpoort naar heemtuin "de Meulenwerf" waar planten staan van vroeger en nu. De vismarkt en de de visbank zijn nog te bekijken. Apart is het dat Nederlandse wijnliefhebbers al meer dan 4oo jaar in Heusden hun Bordeaux wijn kopen. Logisch wordt dat als je bedenkt dat vroeger veel over het water werd vervoerd. Mooie voorname panden met mooie namen zijn hier genoeg voorhanden. Al met al een hele mooie vestingstad, de moeite van het bezoeken zeker waard. Tijd om naar Pa en Ma te rijden en daar te overnachten. 

Zaterdag 27 februari

De zaterdagochtend  is bestemd voor allerlei klusjes. Na de middag vertrekken we weer voor een wandeling. Deze keer is het er eentje van IVN. Een rood/blauwe paaltjes route van zo'n 5 km. De start is in Halder. We parkeren de camper vlak naast de Dommel en lopen naar Kasteel Nieuw Herlaer. Omstreeks 1300 gesticht en al verschillende bestemmingen gehad. De laatste renovatie heeft vier jaar geduurd (2006-2010). Het kasteel wordt door de eigenaar bewoond en er is een brainstormcentrum alsmede een atelier voor beeldende kunsten. We lopen verder langs de Dommel en langs boerderij Oud-Herlaer, gebouwd op de fundamenten van Kasteel Oud-Herlaer. Dat werd in de 18e eeuw gesloopt en met het materiaal werd er een boerderij gebouwd. Het is de bedoeling dat hier een Brabants Buitenmuseum komt. Verder door het bos en langs een meertje en we eindigen bij het theekoepeltje van Kasteel Nieuw Herlaer. Leuke wandeling en het weer is prachtig.

We rijden door naar de camperplaats in Schijndel. Op parking Sportcomplex De Dioscuren kun je prima overnachten. De plekken zijn niet al te groot. Je kan een parkeervignet kopen bij de beheerder, als hij er is. Wij hebben er heerlijk rustig overnacht.

Zondag 28 februari

Op weg naar de Betuwe, waar we vandaag een wandeling gaan maken bij de landgoederen Waardenburg en Neerijnen, zo'n 10 km. Het zonnetje schijnt weer uitbundig en dat loopt super fijn. Via een bos en weilanden lopen we naar Kasteel Waardenburg. Het huidige  kasteel is uit de 17e eeuw, in 1265 stond er al een toren.  Tegenwoordig heeft het kasteel een kantoorfunctie. Op open Monumentendag is een groot gedeelte van het kasteel te bezoeken. We lopen verder over de Waalbandijk, met een mooi uitzicht over de knotwilgen die in de uiterwaarden staan. We zien ooievaars die nestelen en reeën die op zoek zijn naar voedsel. Aan de andere kant staan lage dijkwoningen bijna met het dak op de grond.

We lopen de uiterwaarden in, de Rijswaard heet het hier en er groeien meer dan 300 wilde plantensoorten. In deze winterperiode zien wij die natuurlijk niet.  Het hoge water van de afgelopen tijd heeft hier ook zijn sporen achter gelaten. Er hangt van alles in de struiken en het is op sommige plaatsen erg drassig. We volgen een poosje de Waal en lopen dan Neerijnen binnen. De protestantse Kerk uit 1865 is gebouwd met een okergele steensoort. Wat een plaatje van een kerk. De kasteeltuin Neerijnen ligt vlak naast de kerk en wordt door vrijwilligers bijgehouden.  Krokusjes schieten overal de grond uit en wij houden er een korte rustpauze. En dan zien we het Huis Neerijnen, dat ook wel Klingelenberg wordt genoemd. Het werd rond 1350 gebouwd en is vele malen verbouwd. Nu doet het dienst als gemeentehuis. Het laatste stukje het boslaantje door en we komen weer uit bij het beginpunt. Wat een schitterende wandeling, we hebben genoten van begin tot eind.

We zijn net aan het eten koken als we een telefoontje krijgen en vanwege familieomstandigheden rechtsomkeer moeten maken. Een abrupt einde aan een mooi weekend.

Maak jouw eigen website met JouwWeb